Bij huidkanker
Huidkanker is naar schatting de meest voorkomende huidziekte in Nederland en de meest voorkomende vorm van kanker onder de blanke bevolking. Het aantal gevallen van huidkanker neemt jaarlijks fors toe. Grofweg wordt huidkanker onderverdeeld in zogenaamde melanomen (kwaadaardige moedervlekken) en niet-melanomen.
Van de niet-melanomen zijn het basaalcelcarcinoom en het plaveiselcelcarcinoom de belangrijkste vormen. Actinische keratosen worden gezien als het effect van teveel ultraviolette straling op de huid en worden beschouwd als mogelijke voorloper van een bepaalde vorm van huidkanker: het plaveiselcelcarcinoom.
Wij hebben voor u de feiten met betrekking tot diagnose en behandeling op een rij gezet voor:
Melanoom
Er zijn verschillende soorten melanoom. Ze verschillen voor wat betreft hun locatie (bijvoorbeeld oogmelanoom, slijmvliesmelanoom) en de manier waarop de tumor groeit (bijvoorbeeld een zich oppervlakkig verspreidend melanoom of het knobbelvormige nodulair melanoom). Er is ook een ongepigmenteerd melanoom (amelanotisch melanoom). Door de afwezigheid van pigment is het moeilijker dit melanoom als zodanig te herkennen.
Dat lijkt dan eerst op een gewone moedervlek, maar door de blijvende celdeling verandert de vlek geregeld van uiterlijk – hij is ‘onrustig’. In moedervlekken liggen groepjes melanocyten bij elkaar. Meestal ontstaat een melanoom vanuit een moedervlek. Wanneer een moedervlek ‘onrustig’ wordt (verdikt, donkerder of juist lichter of meer gevlekt wordt, een grillige grens krijgt, gaat bloeden, jeukt of pijn doet) is het belangrijk dat u naar uw huisarts gaat.
- Chirurgie
Onder plaatselijke verdoving verwijdert de dermatoloog het melanoom. De specialist zal voor de zekerheid ook wat van de aangrenzende huid willen verwijderen om er zeker van te zijn dat geen kankercellen achterblijven. Afhankelijk van de dikte van het gezwel (de zogenaamde Breslow-dikte) verwijdert de dermatoloog in de tweede operatie nog een of twee centimeter van de omringende huid. Ook deze huid wordt onderzocht op de aanwezigheid van kankercellen.Blijkt de wond te groot te zijn om goed te kunnen helen, dan vindt een huidtransplantatie plaats.Om te weten of er al uitzaaiingen zijn, wordt in bepaalde gevallen ook een lymfeklier verwijderd, de zogenaamde lokale schildwachtklier (deze procedure heet: sentinel node procedure). De schildwachtklier is de lymfeklier waarnaar kankercellen zich het eerst uitzaaien. Blijkt deze klier kankercellen te bevatten, dan zal de specialist alle lymfeklieren in de directe omgeving van het melanoom verwijderen.Het verwijderen van alle lokale lymfeklieren is een ingrijpende operatie met blijvende gevolgen.De lymfeklieren zijn namelijk belangrijk voor de vochthuishouding in ons lichaam. Bij hun afwezigheid kan in het omliggende weefsel oedeem (vochtophoping) ontstaan. Andere mogelijke complicaties zijn pijn, bewegingsbeperking, gevoelsstoornissen, krachtverlies en bewegingsbeperking. - Aanvullende behandelingen
Wanneer het melanoom zich heeft uitgezaaid, zijn aanvullende behandelingen nodig. Dit betreft chemotherapie (celdodende of celdelingremmende medicijnen), immunotherapie (medicijnen die het afweersysteem ondersteunen) of radiotherapie (bestraling).
Basaalcelcarcinomen (BCC)
Het basaalcelcarcinoom is op grond van uiterlijk en groeiwijze onder te verdelen in groepen.
De meest voorkomende indeling van basaalcelcarcinomen die wordt gemaakt, is:
- Het oppervlakkig (ofwel superficieel)
foto oppervlakkig BCC
- Het solide (nodulair) groeiend BCC
foto nodulair BCC
- Het sprieterig groeiend BCC (geen foto beschikbaar)
Het oppervlakkig BCC en het solide BCC komen het meest voor.
Vroeger werden basaalcelcarcinomen vooral gezien bij ouderen. Tegenwoordig worden basaalcelcarcinomen steeds vaker bij jongere mensen gezien, al vanaf het 30e levensjaar. Dit komt door toename van blootstelling aan zonlicht.
Basaalcelcarcinoom wordt ook gezien bij mensen met het basaalcelnaevus syndroom. Dit is een zeer zeldzame aangeboren aandoening waarbij mensen reeds op jonge leeftijd basaalcelcarcinomen ontwikkelen. Wanneer jonge mensen meerdere basaalcelcarcinomen ontwikkelen zal altijd onderzoek naar deze aandoening worden gedaan. Dit omvat doorgaans nauwkeurige inspectie van de huid en rontgenfoto’s van de kaken (deze kunnen holten bevatten).
De volgende therapieën zijn mogelijk (in willekeurige volgorde):
- Operatief verwijderen
Hierbij wordt, na plaatselijke verdoving, het basaalcelcarcinoom operatief verwijderd. Chirurgie is nog steeds de standaardbehandeling voor basaalcelcarcinomen.
- Mohs chirurgie
Voor grote, sprieterig groeiende of reeds eerder behandelde basaalcelcarcinomen in het gezicht kan Mohs chirurgie worden toegepast.Hierbij vindt microscopisch onderzoek tijdens de operatie plaats en is het mogelijk om weefselbesparend te opereren. - Radiotherapie (bestraling)
Hierbij wordt de huidkanker door bestraling uitgeschakeld.
- Cryochirurgie (bevriezing)
Bij cryochirurgie wordt het basaalcelcarcinoom, na plaatselijke verdoving, met vloeibare stikstof bevroren. Dit is een kortdurende behandeling, waardoor de huidkankercellen worden gedood.Na de behandeling ontstaat een wond die in de loop van enkele weken geneest. Echter vaak wel met littekenvorming. - Curretage en coagulatie (wegschrapen/wegbranden)
Hierbij wordt, na lokale verdoving, het huidkankerweefsel met een scherp instrument (curette) weggeschraapt en vervolgens weggebrand.Deze therapie kan worden toegepast op kleinere en niet-agressieve vormen van BCC. - Imiquimod creme
Imiquimod is een middel dat het afweersysteem helpt om de huidkankercellen te bestrijden. Dit middel is verkrijgbaar als crème. Deze crème wordt voorgeschreven bij kleine, oppervlakkig groeiende, BCC’s.
Voor welke van de therapieën wordt gekozen, hangt onder meer af van het type en de groeiwijze van het basaalcelcarcinoom en de plaats waar het BCC voorkomt. Het is altijd mogelijk dat het BCC na behandeling terugkeert.
Dit wordt een recidief genoemd. Ook kan er op andere plaatsen van het lichaam een BCC ontstaan, dit is dan een nieuw BCC en geen uitzaaiing.
Het eerste jaar wordt u meestal 3x gecontroleerd, het 2e jaar 2x en daarna eens per jaar. Meestal wordt u na 5 jaar uit de controle ontslagen.
Een goede zonnebrandcrème, beschermende kleding (hoed!) en vermijden van de felle zon op de heetste momenten van de dag (in de zomer tussen 11.00 uur en 15.00 uur) zijn essentieel.
Plaveiselcelcarcinoom

Foto van een plaveiselcelcarcinoom
Het plaveiselcelcarcinoom is een kwaadaardige tumor die zich kan uitzaaien. Dat gebeurt meestal pas als de tumor flink is gegroeid.
Wanneer de behandeling (te lang) uitblijft, kan het gezwel de onderhuidse weefsels aantasten en neemt de kans op uitzaaiing naar bijvoorbeeld de lymfeklieren toe.
Plaveiselcelcarcinomen en basaalcelcarcinomen lijken een beetje op elkaar. Maar plaveiselcelcarcinomen hebben geen randje met een parelachtige glans of verwijde bloedvaatjes, en ze groeien sneller (zie de omschrijving bij het basaalcelcarcinoom).
Doordat de bestraling beperkt blijft tot de tumor veroorzaakt deze behandeling weinig of geen bijverschijnselen. Bij bestraling zijn meerdere behandelingen nodig.
Actinische keratosen
Ze komen voor op aan de zon blootgestelde delen van het lichaam, zoals het gelaat, de kalende schedel en de handrug. Deze plekken ontstaan door overmatige zonbelasting gedurende het leven.
Actinische keratosen worden gezien als het effect van teveel ultraviolette straling op de huid, via de zon of door zonnebanken. Ze worden beschouwd als mogelijke voorloper van een bepaalde vorm van huidkanker: het plaveiselcelcarcinoom.
Op de handrug, het gelaat, de kalende schedel of onderarm ontstaan ruwe plekjes die men in het begin soms meer voelt dan ziet. De huid kan aanvoelen als schuurpapier.
Soms jeukt het of doet het pijn. Vaak zijn er ook ander tekenen van langdurige zonblootstelling, zoals vlekkerige verkleuringen, rimpels en het dunner worden van de huid. Het ontstaan van actinische keratosen hangt af van de totale zonbelasting en het huidtype.
Iemand met een lichte huid die gemakkelijk verbrandt in de zon heeft een verhoogd risico op dit soort plekjes.
Ook mensen die langdurig met weerstandsverlagende geneesmiddelen worden behandeld, zoals patiënten die een orgaantransplantatie hebben ondergaan, hebben een grote kans om actinische keratosen te ontwikkelen.
Er zijn verschillende behandelingen mogelijk (in willekeurige volgorde):
- Cryotherapie
Bij cryotherapie worden actinische keratosen bevroren met vloeibare stikstof van min 196 graden Celsius.Hierbij wordt een blaar gecreëerd onder de plek zelf, waardoor de “foute” cellen door de huid worden afgestoten. - 5-fluorouracil crème
5-fluorouracil is het actieve bestanddeel van de crème. Dit bestanddeel wordt opgenomen door kankercellen in de huid, waar het de celgroei remt en de normale groei van de huid herstelt.Vanwege de bijwerkingen moet de crème nauwkeurig op de plekken worden aangebracht. - Fotodynamische therapie
Dit is een behandeling waarbij de “foute” huidcellen lichtgevoelig worden gemaakt met een crème.Enkele uren daarna worden de plekken belicht met een bepaalde lamp, waardoor de lichtgevoelige actinische keratose cellen afsterven. - Chemische peeling
Op de huid worden zuren aangebracht die een oppervlakkige etsing veroorzaken.
- Dermabrasie
Het bovenste laagje van de huid wordt verwijderd, waarna deze zonder de actinische keratosen weer aangroeit.
- Chirurgische excisie
In een enkel geval is het nodig om de afwijking er in zijn geheel uit te snijden en op te sturen voor pathologisch onderzoek.Dit gebeurt onder lokale verdoving en vindt meestal poliklinisch plaats. - CO2 laser
Een behandeling met CO2 laser is een behandelingsoptie die nog wel eens wordt gebruikt bij uitgebreide afwijkingen. Hierbij wordt de bovenste huidlaag als het ware verdampt.Dit moet voorzichtig en met speciale lasers gebeuren, anders ontstaat littekenvorming. - Retinoïden (lokaal en/of in tabletvorm)
Retinoïden zijn afgeleiden van vitamine A zuur. Zij verbeteren de normale opbouw van de huid, in de vorm van een crème of tablet.Retinoïden worden gebruikt bij milde vormen van actinische keratosen, waarbij een groot gebied is aangedaan. Ze moeten worden gezien als extra behandeling naast de genoemde alternatieven. - Curettage en electrocoagulatie
Onder lokale verdoving wordt de actinische keratose met een scherp instrument (curette) weggeschraapt en soms daarna ook weggebrand (electrocoagulatie).De voor- en nadelen zijn vergelijkbaar met die van Cryotherapie. - Imiquimod crème
Imiquimod is een relatief nieuw middel dat het afweersysteem activeert om huidkankercellen te bestrijden.
De therapiekeuze hangt af van het aantal plekken, de plaats en de ernst van de plekken, hoe lang u ze al heeft en uw voorkeur. Ook andere factoren kunnen een rol spelen, bijvoorbeeld het gebruik van geneesmiddelen die het afweersysteem onderdrukken.
Omdat actinische keratosen voorkomen in gebieden van uitgebreide zonneschade kunnen meerdere behandelingen nodig zijn. Vaak zullen er gedurende het leven meerdere plekken in dat gebied ontstaan.